16.12.21, 20:00, Dr. A.K.C. Crucq over de oorsprong van decoratieve patronen
De (universele) oorsprong van patronen is een regelmatig terugkerend onderwerp in het discours over de kunsten dat niet alleen beperkt is gebleven tot het kunsthistorische debat. Ook cognitief psychologen en evolutiebiologen menen universele aspecten te herkennen in de patronen die de verschillende decoratieve tradities hebben voortgebracht. Daar waar in de kunstgeschiedenis een begrip als universaliteit tegenwoordig minstens als vrij problematisch wordt gedacht, hebben (nieuwe-) onderzoeksmethoden in de cognitieve psychologie het debat over universele patronen juist weer leven ingeblazen.
Niet zelden stuit men in het denken over universaliteit en kunst op dezelfde valkuilen als die uit de negentiende eeuw toen met name in Engeland in de nasleep van de industriële revolutie het debat over decoratieve patronen en universele ontwerpprincipes hoog oplaaide. Aanleiding voor het debat was destijds het op industriële schaal klakkeloos kopiëren van historische stijlen en motieven. Als reactie daarop vonden ontwerpers zoals Owen Jones en Christopher Dresser dat men terug moest naar de universele principes die aan het ontwerpen ten grondslag zouden liggen. Ook in onze tijd heeft technologie een enorme impact op de ontwerppraktijk. Aan de ene kant kan men beweren dat technologie de ontwerper vervreemdt van het belichaamde aspect van het maken van patronen maar aan de andere kant heeft technologie het vormenrepertoire juist weer enorm verrijkt. Wat betekent dat in het licht van die vermeende universaliteit?
In deze lezing zal Arthur Crucq de belangrijkste theorieën over patronen in de kunstgeschiedenis bespreken, zoals die van Owen Jones, Gottfried Semper, Alois Riegl en Ernst Gombrich. Maar hij zal ook stilstaan bij het empirisch onderzoek naar patronen en ontwerpprincipes en deze in het perspectief plaatsen van een aantal recente voorbeelden uit de archeologie dat opnieuw vragen oproept over de oorsprong van het maken van patronen.
Deze lezing gaat door ihkv een minor van docent Henri Jacobs.
Dr Arthur Crucq is verbonden als universitair docent aan het Leiden University Centre fort he Arts in Society van de Universiteit Leiden waar hij lesgeeft aan de BA opleidingen kunstgeschiedenis en arts, media & society, en aan de MA arts and culture en de research MA arts, literature en media.
In 2018 verdedigde hij zijn proefschrift Abstract patterns and representation: the re-cognition of geometric ornament, waarmee hij het cognitieve onderzoek over patronen heeft willen verfijnen en verrijken met inzichten uit kunsthistorische theorie. Met zijn proefschrift heeft hij het onderscheid tussen het representatieve en abstracte willen problematiseren door duidelijk te maken dat (juist) abstracte patronen laten zien hoe representatie werkt. In zijn onderzoek is Crucq geïnteresseerd in het effect van onderliggende patronen van kunstwerken op de kijker, alsmede aspecten van agency van kunstwerken en de wisselwerking daarin tussen architectuur, sculptuur en ornament. Verder is hij geïnteresseerd in empirische benaderingen van kunst en deed hij in dat kader een eye-tracking experiment in Wenen over het kijken naar linear perspectivische schilderijen. Ook publiceert hij regelmatig over contemporaine kunst en cultuur vanuit een maatschappelijk perspectief.