nlen
Benoît Deleersnyder, docent
benoit.deleersnyder@hogent.be

Benoît De Leersnyder kreeg tijdens zijn zangcarrière als bariton de kans om samen te werken met regisseurs als Ronny Lauwers, Willy Decker, Christof Loy, Guy Joosten, Waut Koeken, Deborah Warner et Keith Warner. Het waren artistieke ontmoetingen die hem inspireerden om zijn eigen passie voor regie na te jagen.

Operastudio Vlaanderen (IOA) vroeg hem ensceneringen uit te werken voor liedvoorstellingen als Mélodies (Georges Bizet), Die Winterreise (Franz Schubert) en Entbehren sollst du, sollst entbehren (Hugo Wolf), naast de barokproductie Grido d’Amore! (Giovanni Battista Bononcini en Georg Friedrich Händel) en Eine Zauberflöte, naar Wolfgang Amadeus Mozart. Van dezelfde componist realiseerde hij Cosi fan tutte met Bang-up! Opera. Lorenzo Da Ponte stond dan weer centraal in de voorstelling Heart 2 Get! voor Opera Vlaanderen, waar hij ook de kinderopera Babel creëerde in samenwerking met I Solisti del Vento.

Voor De Munt / La Monnaie in Brussel regiseerde hij The Brussels Requiem, Push alsook recent Solar, community projects met muziek van Howard Moody.

Op de internationale podia ensceneerde Benoît De Leersnyder La Princesse arabe (Juan Crisóstomo de Arriaga) voor l’Opéra National du Rhin en het Saarländische Staatstheater, Hänsel und Gretel (Engelbert Humperdinck) in de Junge Kammeroper Köln en The Merry Widow (Franz Lehar) in Thailand.

Meerdere regisseurs zoals Guy Cassiers, Laurent Pelly, Michael Hanneke en Ivo Van Hove doen beroep op Benoît De Leersnyder als regie-assistent. Hij verzorgde de herneming van Laurent Pelly’s Cendrillon (Jules Massenet) voor l'Opéra de Lille, La Monnaie / De Munt in Brussel en Lyric Opera of Chicago, alsook Le Coq d’Or (Rimsky Korsakov) voor Teatro Real, Madrid.

Voor Vox Luminis creëerde hij de mise en espace van Rappresentatione di Anima e di Corpo (Emilio de’Cavalieri) voor voorstellingen in De Bijloke, Flagey en Teatro Real, Madrid.

Samen met René Jacobs werkte hij semi concertante uitvoeringen uit voor Cosi fan tutte (Wolfgang Amadeus Mozart), Orpheus (Georg Phillip Telemann), Der Freischütz (Carl Maria von Weber) en L’Orfeo (Claudio Monteverdi).

Benoît De Leersnyder is docent Muziektheatrale Vorming en Auditiepraktijk aan KASK & Conservatorium, Gent.