nlen

Loïc Van Weyenberg
Een producer moet een duizendpoot zijn

Reines, Au Bain MIRY 2025, foto: Giada Cicchetti

Loïc Van Weyenberg begon zijn muzikale carrière als piepjonge altviolist. Daarna volgde het welgekende traject van een aaneenrijging van middelbareschoolbandjes als basgitarist. En toch was er een moment van crisis nodig om tot het besef te komen dat het te volgen pad, dat van de muziek was. We spraken met Loïc in het Voorhavenpark, vlakbij zijn uitvalsbasis op De Muide.

Loïc Van Weyenberg
Ik heb eerst drie jaar voor bio-ingenieur gestudeerd. Maar toen werd ik ziek en moest ik een jaar in behandeling, om daarna nog een jaar aan mijn herstel te werken. Dat zet je perspectief toch op scherp en ik besloot om toch volledig voor muziek te gaan. Omdat ik niet slaagde voor mijn eerste ingangsexamen aan KASK & Conservatorium, deed ik een zevende jaar productie aan het Muda Kunstsecundair. En daarna geraakte ik wel binnen.

Stijn Buyst
Kan je aan een leek uitleggen wat zo’n studie muziekproductie inhoudt?

LVW
Het is een heel brede richting. Je leert om van muziek een afgewerkt product te maken. Als ik iemands plaat produce, moet ik de sterke punten van de songs goed in de verf zetten. Een producer moet een duizendpoot zijn die mee nadenkt over dingen als harmonie, sounds, opnametechnieken, instrumentatie en arrangement. Er zit dus opnametechniek in het pakket, maar ook songwriting.

Loïc Van Weyenberg, REINES, Au Bain MIRY, foto: Giada Cicchetti

SB
Veel studenten kiezen ervoor om voor dat afstudeerproject een nieuw project op te richten, maar jij hebt gespeeld met REINES., de band waarbij je al jarenlang synths speelt.

LVW
Eigenlijk wilde ik eerst iets helemaal anders doen. Ik wilde weg van het song- en product-gerelateerde van de opleiding. Iets speelser, waar wat meer leven in zat. Ik had toen een project met Tuur Geldhof, die ook in REINES. speelt, op bas en Lars, die liever geen achternaam gepubliceerd ziet, op drums. Het idee was dat ik hun input in mijn sampler binnentrok en reproduceerde, waarop zij dan weer konden inspelen. Dat was een tof project, waarin communicatie een belangrijke rol speelde: muziek zoals ik die graag heb. Maar er werd mij afgeraden om dat als afstudeerproject te doen, omdat dat ‘productie’-gegeven er minder inzat.

SB
Omdat die improvisatie minder productie toeliet?

LVW
Ja, dat vond ik jammer, ook omdat ik niet altijd voor dat afgelikte product wil gaan.

SB
Het werd je afgeraden, maar je bent er wel in meegegaan? Je had het ook wél kunnen doen, toch?

LVW
Da’s waar. Maar op een manier voelde het ook logisch om het met REINES. te doen. Lissa Staepels en ik zijn die band samen gestart toen we mekaar leerden kennen op het Muda. Die afstudeershow gaf ons een deadline om een album af te werken.

SB
Schrijven Lissa en jij alle songs samen?

LVW
Vroeger meer dan nu. Tegenwoordig start een song vaak bij een idee van Lissa of van mij, en sturen we het naar elkaar op het moment dat we vast komen te zitten. De invloeden die Lissa en ik in REINES. binnenbrengen zijn erg verschillend, maar we luisteren naar muziek om dezelfde reden. Lissa luistert naar dingen als Caroline Rose en The Japanese House, terwijl mijn invloeden iets elektronischer zijn: Amon Tobin, Aphex Twin, Gorillaz, Tyler, the Creator, MF Doom…

SB
Hebben jullie een volledig nieuwe set geschreven voor het album en het afstudeerconcert?

LVW
Ja, maar nu de deadline is weggevallen zijn we toch weer aan het bekijken wat er beter kan. Dat we nu feedback hebben van de jury – drie docenten en twee externen – speelt daarin natuurlijk mee.

REINES, Au Bain MIRY, foto: Giada Cicchetti

SB
Wie waren je juryleden eigenlijk?

LVW
Senne Guns, Werner Pensaert en het afdelingshoofd Gert Jacobs. En als externe jury waren het Jinte Deprez van J.Bernardt, die hier trouwens op de Muide woont, da’s mijn mede-eilandbewoner. (lacht) En mijn mentor Luuk Cox (van Shameboy, sb), natuurlijk.

SB
Songwriting maakt deel uit van het curriculum van de opleiding. Van wie kreeg je die lessen?

LVW
Het toffe is dat dat elk jaar wisselt. Eerst was het Dirk Blanchart, daarna passeerden Wigbert Van Lierde, Liesa Van der Aa en Fulco Ottervanger. In het derde kregen we weer Dirk en daarna Reinhard Vanbergen. Nu, Reinhards aanpak gaat heel erg uit van de verhalende folksong: stem plus gitaar. Dat werkte niet goed voor mij. Bovendien wilde ik niet dat die opvatting het werk van REINES. zouden beïnvloeden. En met Werner had ik soms een communicatieprobleem, waarbij ik creatieve feedback vroeg, maar vaak een technisch antwoord kreeg. Ik kom zowel met Reinhard als met Werner persoonlijk goed overeen, maar onze aanpak botste. Terwijl, als ik bij Dirk aan kwam zetten met een experiment, hij dat heel erg omarmde. Als ik met een a capella trance-song kwam aanzetten, bekogelde hij me met allerlei referenties die me daarbij konden helpen. Dus voor mij voelde de bachelor vrijer dan de master, terwijl dat doorgaans net omgekeerd is. Ik kon gelukkig altijd wel terecht bij Gert Jacobs en Jan Chantrain, die in mijn bachelor heel belangrijk was voor mij. Luuk Cox was als mentor ook heel nauw betrokken. Hij gaat ons trouwens helpen bij het afwerken van de plaat.

SB
Zijn er collega-studenten die je bewondert?

LVW
Wat ik chique vind aan de opleiding, is dat het zo breed is, dat je geen held kunt zijn in alles. Dus iedereen zoekt een eigen specialisatie op. Van mijn lichting denk ik aan Yunas De Proost, die gitaar speelt bij Meltheads. Zelfs toen hij door de VS aan het touren was, kwam hij wél nog gewoon naar de les.

We hadden een klein klasje, maar iedereen heeft zijn ding echt gevonden. Zo kreeg Pieter-Jan Loyens in het begin slechte feedback op zijn songwriting, maar die heeft dan helemaal zijn ding gevonden met opnametechnieken en synthsounds. Hij heeft onderzoek gedaan naar immersive sound en Dolby Atmos, dat soort dingen. Ik zag onlangs een foto passeren, waarop hij in Abbey Road aan het werken was.

SB
Tot slot: wat brengt de toekomst?

LVW
Ik ben momenteel aan het touren met het theatergezelschap Van Ransbeeck en Zonen, van Tinneke Van Ransbeeck, die de richting radio studeerde. Ik speel ook bij Celly Tubmaker, waarmee we immersieve rave-performances doen. Zo hebben we een keer de wagon hier in het park helemaal als een ruimteschip aangekleed. En verder ben ik bezig aan een productie voor Loïs, die op ‘We geve ni op’ van Yong Yello meezong.

 
publicatie, 10.2025
tekst: Stijn Buyst
 
Voor deze Graduation-publicatie gingen afstuderende studenten in gesprek met schrijvers, docenten en elkaar. De teksten zijn een greep uit de vele boeiende verhalen waaruit deze afstuderende generatie is samengesteld.